Deze maand
Deze maand
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Mauris venenatis est sit amet tempus porttitor. Sed feugiat nulla eget odio mattis viverra. Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Etiam finibus feugiat eros semper aliquet. Proin nec dui arcu. Nulla erat lectus, vulputate sagittis dapibus eget, condimentum ut velit. Etiam sagittis venenatis fringilla. Ut egestas ipsum ut justo luctus ultricies. Phasellus condimentum sit amet libero non accumsan.
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Mauris venenatis est sit amet tempus porttitor. Sed feugiat nulla eget odio mattis viverra. Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Etiam finibus feugiat eros semper aliquet. Proin nec dui arcu. Nulla erat lectus, vulputate sagittis dapibus eget, condimentum ut velit. Etiam sagittis venenatis fringilla. Ut egestas ipsum ut justo luctus ultricies. Phasellus condimentum sit amet libero non accumsan.
Goed wonen
Smaak is een kwestie van opvoeding”, was de gedachte achter de oprichting van de Stichting Goed Wonen in 1946. Met modelwoningen en in een tijdschrift promoot de stichting het moderne interieur. Met lichte meubels in een strakke indeling zouden de bewoners thuis het maximale uit hun woning en daarmee uit zichzelf kunnen halen. De modernistische principes van Stichting Goed Wonen staan centraal in de woning: multifunctionele en strakke meubelen, nieuwe hygiënische materialen, en een voor die tijd ultramoderne Bruynzeelkeuken. De inventaris – van Tomado-boekenrekken tot aan kleurrijke serviezen – werd geschonken door buurtbewoners en betrokkenen en vormt nu de collectie van het museum.
De museumwoning als onderzoeksplek
Elk jaar nodigt het museum twee ontwerpers, architecten en/of curatoren uit om de collectie van de museumwoning naar de hedendaagse praktijk te halen. Dit doen zij door een object naar keuze te analyseren en interpreteren en een vertaling te maken naar de hedendaagse praktijk.
Mobilen
Speelgoed of kunst? Mobilen zijn bewegende (toegepaste) kunstwerken die sinds de jaren 30 van de vorige eeuw zowel jong als oud wisten te betoveren. Ook nu zijn mobilen nog steeds geliefde objecten in de kunst en het interieur. De essentie van een mobile is het spel van licht, lucht en ruimte. De mobile staat symbool voor vrijheid, creativiteit en voor vernieuwing. Het verbeeldt de kern van het avant-garde gedachtegoed waar het Van Eesteren Museum in geworteld is. Beeldhouwer Alexander Calder is de grootmeester en bedenker van de mobile. Met bewegende kunstwerken gemaakt van staaldraad en cut outs die bewegen door lucht, betoverde hij zijn publiek met wat hij noemde ‘een nieuwe vorm van beeldhouwen’. Ook het Deense koppel Flensted legde zich vanaf 1953 volledig toe op het maken van mobiles. Zij profileerden zich niet als autonoom kunstenaars, zoals Calder, maar richtte er zich specifiek op de mobile als decoratief interieurobject. Geheel in de traditie van het Scandinavisch design van de jaren 50, maakten zij modernistische bewegende objecten met weinig opsmuk.
Ook Nederlandse productontwerpers waren toen bezig met mobilen. Jan Hogervorst ontwierp in de jaren 60 de hengellamp, een mobile-achtige lamp die alle kanten op kon draaien, zodat het licht op iedere gewenste plek in de ruimte kon schijnen. In de museumwoning hangt een origineel exemplaar van deze Anvia lamp. In 2024 is de mobile het eerste object binnen de programmalijn De museumwoning als onderzoeksplek. Er wordt een hedendaagse ontwerper uitgenodigd om onderzoek te doen naar mobilen om vervolgens ook zelf een eigen mobilen werk te ontwerpen. Het werk wordt twee maanden lang in de museumwoning getoond aan het publiek.
De Tuin
De tuin van de museumwoning is geïnspireerd op het werk van Mien Ruys (1904-1999), een van Nederlands bekendste tuinarchitecten, die internationale bekendheid genoot en als pionier van de moderne tuinarchitectuur wordt gezien. In de jaren 50 probeerde Ruys het ontwerp van de tuin te democratiseren. Ze werd daarbij geïnspireerd door het prefab bouwen in de jaren 50 en bedacht zogenaamde ‘confectie tuinen’. Iedere burger kon middels verschillende beplantingsschema’s een eigen tuin componeren. Ruys ontwierp schema’s met sterke, gezonde vaste planten met een lange bloei en gemakkelijk in onderhoud. Ze maakte borders van diverse afmetingen, kleurstellingen, voor zand, klei en veen en zon, halfschaduw en schaduw, geschikt voor kleine tuinen. Zo kon iedereen met een prefab huis ook zijn eigen tuin aanleggen. De naam ‘confectie tuinen’ ontleende Ruys aan de modewereld waar de confectiekleding zijn intrede had gedaan.
De tuin van de museumwoning is zo’n confectietuin, ontworpen naar standaard beplantingsplannen van Ruys. Het Van Eesteren Museum gaat deze tuin “koppelen” aan een tuin van Ruys uit 1932. Deze tuin bevindt zich in een woonblok in Amsterdam-West, in de wijk Bos en Lommer. Dit woonblok wordt gezien als een voorloper van de latere woonblokken in Nieuw-West en de tuin als inspiratie voor de latere confectietuinen. Het blok heeft een prachtige binnentuin die door een bewonerscollectief uit het woonblok in oorspronkelijke staat wordt hersteld. Het is een heel andere tuin dan de confectie tuin van de museumwoning. De vergelijking van de twee tuinen geeft aan hoe tuinontwerpen zich tussen 1932 en de jaren 50 ontwikkelden en wat de democratisering van het tuinontwerp betekende. Daarnaast wordt er onderzocht wat het betekent om een tuin te restaureren. Is het überhaupt mogelijk een levend organisme terug te brengen naar zijn oorspronkelijke staat?
Deze vragen staan centraal in het tweede onderzoeksproject in deze programmalijn. In dit project wordt er samengewerkt met curator Gerlinde Schuller, die een langlopend project doet naar de Mien Ruys tuin in het woonblok in Bos en Lommer. Het archief van Mien Ruys ligt bij het Nieuwe Instituut opgeslagen. Lees hier meer over het archief.